Het moment dat het beter zou zijn dat mijn steeds meer in haar dementie verdwalende mama naar de dagopvang zou gaan. Niet eens zozeer voor haarzelf, maar wel voor mijn vader, die zichtbaar vermoeider werd door de 24/7 alertheid die hij voor mijn mama moet hebben.
Dagopvang. De coördinator van Trimenzo had het al een paar keer voorzichtig te berde gebracht, maar mama zette steevast de hakken in het zand. Weg zonder papa? Geen sprake van!
"Breng me dan maar direct weg, geef me maar een pilletje", zei ze...
En mijn dappere papa worstelde liefdevol verder, als haar man en als mantelzorger.
Totdat het onvermijdelijk werd.
Weer kwam de coördinator langs, en met respect naar mijn ouders en vol warme betrokkenheid kreeg ze het voor elkaar dat de aanvraag verzonden zou worden, met instemming van mijn beide ouders.
Dat was begin november, en vrij snel kregen we het bericht dat mama vanaf medio december 3 dagen per week naar de dagopvang kon in Twello, naar De Barnte.
Het was even slikken voor mijn vader en hij besloot te beginnen met 2 dagen per week.
Samen met mijn vader ging ze kennismaken, eenmaal binnen vond ze alles prima, maar weer buiten bleef ze koppig in haar nee, en nog geen minuut later was ze het weer vergeten.
Wat zagen we er allemaal tegenop toen die eerste dag naderde...
Verdrietig en verward zat ze te wachten, haar jas al aan, mijn vader zoals altijd aan haar zijde.
Toen het busje voorreed die haar zou halen stapte ze de deur uit, zwaaide nog een keer naar mijn vader en reed weg, mijn vader machteloos achterlatend.
Na twee uurtjes belde hij met de opvang, dat mocht altijd hadden ze hem gezegd.
Mijn mama bleek het uitstekend naar haar zin te hebben, lief en gezellig te zijn en ze was nu aan het koekjes bakken...
Koekjes bakken? Mama aan het koekjes bakken?
Rond half vier werd ze weer thuisgebracht, een briefje in haar tas waarin een kort verslagje over wat de bezoekers vandaag gedaan hadden. De bezoekers ja, geen patiënten, geen cliënten, maar bezoekers.
Een warm verslagje met daaronder de namen van de begeleiders.
We konden wel huilen van blijdschap.
Wat leek mama daar goed te zitten, wat leek het goed te gaan...
En dat was ook zo.
Langzaam kreeg papa meer rust en vertrouwen, voelde zich minder schuldig.
Weer kwam de coördinator langs om te evalueren, inmiddels was ze zelf niet meer zeker van haar functie. Het was januari 2015 en de hele zorg gaat op z'n kop..
Ze vertelde hoeveel moeite het haar kostte om mensen af te wijzen of niet met zekerheid te kunnen zeggen hoe zaken wel of niet zouden gaan.
Haar zorg stond in haar gezicht geschreven, haar ogen spraken boekdelen...
De zorg werd onbetaalbaar.....
Intussen lag er een brief met een uitnodiging voor bezoekers en hun mantelzorgers om een nieuwjaarsreceptie te bezoeken en ook het 10-jarig bestaan van De Barnte te vieren.
Mama stapte binnen, keek om zich heen en meldde dat ze hier nog nooit geweest was.
Ondertussen begroette ze de begeleiders alsof ze hen al jaren kende..
Er was een glaasje bubbels, er waren hapjes, koffie, thee en fris...
Maar bovenal was er die allesoverstelpende warmte van begeleiders, vrijwilligers en de leiding.
Allemaal stralend, allemaal warm, allemaal vol liefde en plezier.
Allemaal vechtend voor "hun" opvang, "hun" mensen...
Diep onder de indruk ging ik weg die avond, onder de indruk en ontroerd, en o zo dankbaar dat mijn mama daar zat, met zoveel zorg omringd werd...
Een latere evaluatie versterkte dat gevoel alleen nog maar.
We moesten even wachten, mijn vader en ik. Mama zat nog wel bij ons maar voelde zich duidelijk al helemaal thuis bij "haar kluppie".
Er wandelde een mevrouw rond die vroeg of er nog een plekje was voor haar, ze moest naar het toilet.
"Natuurlijk mevrouw, loopt u maar even met mij mee", zei een begeleidster die haar gezellig bij de arm pakte en al babbelend met haar meeliep.
Ondertussen bleek dat de krant spoorloos was, de krant waaruit elke dag gezamenlijk de puzzel werd gemaakt. Een van de vrijwilligsters opperde dat mevrouw x die vermoedelijk wel in de tas zou hebben, die stopte namelijk alles in haar tas.
De deur van de gang ging open en mevrouw kwam weer terug van het toilet, met haar tasje aan haar arm. Weer vrolijk gearmd met de begeleidster, die de krant in haar andere hand had, en ja, die was inderdaad uit de tas gekomen.
Zonder irritatie, zonder betutteling, maar respectvol, met humor, plezier en met liefde, heel veel liefde....
En bij zulke mensenmensen zit mijn mama. En ze mag praten en spelen in haar eigen wereld, omringd door anderen in hun eigen wereld, met een warme deken van zorg, waarbij een groot deel door vrijwilligers gedaan wordt...
Van onschatbare waarde...
Om te koesteren,
om te bewaken,
om zeker te stellen,
om trots op te zijn....
Inderdaad, deze zorg is onbetaalbaar......